Bouman buxus
Image default
Bedrijven

Verbeter je forehand in squash | www.qss-squash.nl

Gesneden V die de bal met Level Racket raakt
In de squash zal het merendeel van de schoten een beetje ‘geknipt’ zijn. Dat wil zeggen, de bal zal een zekere ruggespin op de bal hebben. Het racket is over het algemeen iets naar het plafond gericht, omdat je bij elke worp tenminste een beetje hoogte wilt krijgen.

Dit artikel is geschreven door Quality Squash Stores, een squash webshop in Nederland en België.

Backspin helpt de bal beter aan de achtermuur te blijven hangen. Het is ook een cruciaal onderdeel van drop shots, waardoor de drop ‘sterven’ sneller in de voorste hoeken.

Bij racketball wordt de backspin nauwelijks gebruikt. De meer standaard schoten hebben geen spin op hen met het racket dat vlak is. Sommige kills werken goed met een beetje topspin op de bal, waardoor de bal tijdens de vlucht een duik neemt en lager blijft.

Schommel
De swing van de twee sporten is een ander duidelijk verschil tussen beide.

De schommel die nodig is bij squash duurt over het algemeen langer om te leren en is iets complexer. Het racket gaat weer van hoog naar laag naar hoog. Bij racquetball is er meer sprake van een zijdelingse boog.

Gekokte pols V Snap pols V Pols
Racquetballers slaan vaak met een ‘klikpols’ in hun schoten. Een losse pols is daarom vereist. De pols helpt om het racket door het schot heen te slaan, en dit is een belangrijk onderdeel van de kracht van de schoten.

Deze techniek wordt niet aanbevolen bij squash. In plaats daarvan wordt een ‘handpalm’ gebruikt. De pols wordt in een meer statische positie gehouden tijdens de impact met de bal. De belangrijkste reden hiervoor is om de nauwkeurigheid en de richting van het rackethoofd te behouden tijdens alle schoten.

Nauwkeurigheid V Vermogen
Squash is een spel van nauwkeurigheid. Een nauwkeurigere maar minder krachtige speler zal bijna altijd een krachtiger maar minder nauwkeurige speler verslaan.

Quality Squash Stores is een online squash webshop dat squash rackets verkoopt.

Een van de belangrijkste kenmerken van squash is het raken van ‘goede lengte’, bijvoorbeeld het raken van schoten naar de achterste hoeken, waarbij de tweede bounce dicht bij de achterste muur is. Een andere functie is om de schoten ‘strak’ tegen de zijmuur te houden.

Andere schoten, zoals drop shots, zijn veel succesvoller als ze net boven de tin en strak tegen de zijwand worden gespeeld.

Bij racquetball lijkt kracht een veel belangrijker element te zijn. Lage kills zijn een cruciaal schot, waarbij de bal net boven de grond hard en laag wordt geraakt.

Ook zeer krachtige schoten kunnen snel van de achtermuur terugkaatsen en zijn zeer moeilijk te draaien. Elke bal die bij squash ver van de achtermuur stuitert, wordt normaal gezien als een slecht schot, omdat het mogelijk maakt dat veel aanvallende schoten het punt kunnen proberen te winnen. Je kunt een opschepper spelen, een druppelende boot, een drop shot of gewoon een lage kill.

Gebruik van het plafond
Bij squash is elk schot dat het plafond raakt direct uit en verliest u de punt.

Bij racquetball wordt een van de belangrijkste schoten echter de ‘plafondbal’ genoemd. Dit is een schot dat het plafond raakt, meestal tussen de 4 tot 8 voet voor de voormuur. Het raakt dan de voormuur, stuitert naar beneden en landt ergens in het midden van de baan voordat het ergens aan de achterkant van de baan sterft.

De perfecte bal die aan het plafond wordt geschoten, zal met de tweede stuiter de inkeping van de achtermuur raken.

Dit is duidelijk een schot dat gewoon niet kan bestaan in squash.

Dood schoten
Bij squash is een ‘kill’ over het algemeen een schot dat bedoeld is om een rally te beëindigen. Een schot wordt meestal geslagen wanneer de ene speler voor een andere speler staat. Die speler zal de bal laag en hard slaan, net boven de tin. Het idee is om de bal dicht bij een van de zijwanden te houden en de bal twee keer te laten stuiteren voordat hij je tegenstander bereikt.

Bij racquetball zijn er twee soorten kill: de ‘one-wall’ kill en de ’two-wall’ kill. De eenwandige kill is vergelijkbaar met de traditionele squash kill, alleen kun je veel lager op de muur slaan omdat er geen tiin is.

De tweewandenmoord is een schot dat unieker is voor racquetball. Het is een beetje als een offensief opscheppen, met de bal die de zijmuur raakt voordat hij de voormuur raakt en twee keer voor de tegenstander stuitert.

Andere verschillende schoten
Er is een schot in racquetball genaamd ‘Around the World’. Dit is een sterk geraakt schot dat tegen de zijmuur, dan de voormuur, dan de andere zijmuur, dan de andere zijmuur raakt voordat het naar het midden van de achtertuin stuitert. Zo’n schot is niet echt mogelijk bij squash, en zou ook zeer ineffectief zijn, omdat het vaak zou resulteren in een kill or drop met de andere speler uit positie.

Duiken V Niet-duiken
Duiken lijkt een gemeenschappelijk kenmerk te zijn van het spel van veel spelers in racquetball in een poging om moeilijke rendementen te halen.

Duiken worden zeer zelden gebruikt in squash, deels omdat het voorkomt dat spelers snel terugkomen in de T-positie.

Grip wisselen
Een groot verschil tussen squash en racquetball is dat bij racquetball een andere grip wordt gebruikt voor de forehand en backhand shots. Nadat een speler een forehand shot heeft gespeeld, wordt het racket licht in de hand gedraaid voor de backhand shot. Op deze manier is racquetball meer een soort tennis, waarbij een heel andere grip wordt gebruikt voor zowel de forehand als de backhand.

Bij squash is de situatie heel anders. Dezelfde grip wordt voor elk schot gebruikt, en dus moet een speler een grip hebben die zowel voor de backhand als de forehand zonder verandering goed werkt.

Een ander probleem is de index

https://www.qss-squash.nl